Kees is chefkok van Restaurant ‘de Heerlykheid’ in Amsterdam. Na ruim acht jaar trouwe dienst, waarin Kees geen dag ziek thuis is geweest, gaat het de laatste maanden wat minder met Kees. Privé spelen er enkele problemen en dat heeft zijn weerslag op zijn werk.
Ron is eigenaar van het restaurant. Hij en Kees kennen elkaar goed, ook privé. Ron zag dat Kees steeds minder ging functioneren en er in de keuken steeds meer problemen ontstonden. Kees probeerde de eerste tijd zijn problemen te verdringen door nog harder te gaan werken, maar de laatste weken ging dit niet meer. Regelmatig had Kees aanvaringen met zijn personeel, kwam hij te laat op zijn werk en ook de kwaliteit van de gerechten liet op het laatst te wensen over.
3 maanden geleden, na de zoveelste aanvaring met één van zijn collega’s, meldt Kees zich ziek. De dag na de ziekmelding belt Ron met Kees. Ron vertelt Kees dat hij begrip heeft voor zijn problemen, maar dat hij hem op dit moment echt niet kan missen. Hij wil graag dat Kees snel zijn werkzaamheden weer oppakt. Kees geeft aan dat dat momenteel echt niet gaat lukken en dat hij voorlopig nog wel even uit de roulatie is. Kees is vanochtend naar de huisarts geweest en die zegt dat hij het voorlopig maar eens heel rustig aan moet doen.
Ron heeft uit eerdere ziektegevallen binnen zijn bedrijf geleerd, dat niet de huisarts, maar de bedrijfsarts een oordeel kan en moet geven over de arbeidsgeschiktheid van een medewerker. Daarom stuurt hij Kees meteen langs de bedrijfsarts van de arbodienst. Deze geeft in een korte terugkoppeling aan dat het inderdaad behoorlijk mis is met Kees zijn psychische gesteldheid: “voorlopig is uw werknemer volledig arbeidsongeschikt, ik adviseer een vervolgafspraak over vier weken”. De twee vervolgconsulten bij de bedrijfsarts, die elk na 4 weken plaatsvinden, leiden tot deze zelfde terugkoppeling. Met als gevolg, dat na 3 maanden Kees nog steeds “volledig arbeidsongeschikt” wordt beoordeeld.
Ron voelt zich door de bedrijfsarts totaal buitenspel gezet. Hij vraagt zich af of de bedrijfsarts wel gelijk heeft en of hij wat anders kan doen dan machteloos toekijken en wachten op Kees zijn herstel?
Een werkgever kan in zo’n situatie zeker actie ondernemen. Slechts in zeer uitzonderlijke gevallen mag een bedrijfsarts namelijk een werknemer 3 maanden of langer als ‘volledig arbeidsongeschikt’ beoordelen. Het gaat dan bijvoorbeeld om situaties waarin een werknemer een levensverwachting van minder dan één jaar heeft, of de werknemer gedurende 3 maanden in het ziekenhuis ligt. In zulke situaties spreken we over “geen duurzaam benutbare mogelijkheden”, ook wel afgekort als GDBM. GDBM komt niet vaak voor. Wat helaas maar al te vaak gebeurt, is dat bedrijfsartsen werknemers onterecht, zonder dat er sprake is van GDBM, voor een periode langer dan 3 maanden volledig arbeidsongeschikt beoordelen. Met name bij psychische klachten gaan bedrijfsartsen vaak de fout in bij hun beoordeling. Er moet sprake zijn van een zeer ernstig psychisch probleem wil er sprake zijn van GDBM. In ieder ander geval zal er zeer waarschijnlijk sprake zijn van bijvoorbeeld restcapaciteit voor eigen of ander werk. Hierdoor zullen er reïntegratie activiteiten kunnen én moeten plaatsvinden door zowel werkgever als werknemer!
In het geval van Kees is er zeer waarschijnlijk ook sprake van een niet juiste beoordeling en onderbouwing van de bedrijfsarts. Ron zal moeten zorgen dat hij niet langer aan de zijlijn staat, maar weer zelf de regie krijgt. Wat ik Ron zou adviseren is te starten met een second opinion bij een andere bedrijfsarts. Dat kan tot 2 conclusies leiden: of de volledige arbeidsongeschiktheid wordt bevestigd en dit keer wel goed onderbouwd. Of, en dit is waarschijnlijker, de tweede bedrijfsarts ziet dat Kees nog wel werkzaamheden kan verrichten waarmee het reïntegratieproces op gang komt.
Het is belangrijk om te realiseren dat je als werkgever altijd verantwoordelijk blijft voor een goed reïntegratieproces, ook als jouw bedrijfsarts niet functioneert. Een periode van langdurige volledige arbeidsongeschiktheid van een werknemer zonder dat de bedrijfsarts dit goed beargumenteerd, is naast (veel) onnodige kosten, voor het UWV Werkbedrijf genoeg reden voor een sanctie.
© Mark Idzinga, November 2009
Adel says
Mijn bedrijfsarts heeft twee gezichten. Wat hij tegen mij zegt totaal anders dan wat hij schrijft in de terugkoppeling. Kan ik een klacht over hem indienen
Mark Idzinga says
Beste Adel,
Een klacht indienen kan altijd nog. Waarom niet eerst proberen om de dialoog op gang te brengen? Probeer in contact te komen met je bedrijfsarts en stel je vragen over de terugkoppeling. Misschien kan hij/zij goed uitleggen waarom de zaken zo zijn opgeschreven.